januari-avond
avondklok
kloktijd
tijdbom
bomvol
[vol gedachten, gedachtenexperiment]
voltooid verleden tijd
tijdsdruk
drukte
tekort
kortsluiting
sluitingstijd
tijdsbestek
bestekmakers
makerschap
schappen leeg
[leeg hoofd, hoofdbrekens]
leegte
teveel
veelvoud
fout nieuws
nieuwsgierig
gierigheid
heidelucht
luchtdeeltjes
deeltjesversneller
[sneller dan het licht, licht in mijn hoofd]
leraar
rariteitenkabinet
kabinetscrisis
crisisberaad
radeloos
loos alarm
alarmbellen
bellenblaas
blaaskaken
[kaken op elkaar, elkaar ontmoeten]
kenner
nerveus
eu-strategie
giechelen
lente
tegemoet
[moed vatten, vatten vol]
moeten
tengevolg
volgzaam
samenspraak
spraakwaterval
val dood
dodental
talrijk
rijke landen
landentoernooi
nooit meer
[meer liefde, liefdestaal]
meerzorg
zorgmedewerkers
kersvers
verstil
stilte
te lang
langzaam
samenkomen
mensen
[mensen mensen]
zendtijd
tijdsvak
vaccinatie
nationaal belang
bangmakerij
rijk en arm
[armen vol, vol-ledig]
armelui
luis in de pels
pelsdieren
dierenleed
leedwezen
zendtijd
tijd van leven
levenskunst
[kunstzin, zinnen verzetten]
kunstenaar
naar de maan
maanlicht
lichtinval
valsplat
platform
formules
lesdag
dagdromen
[dromenvangers, gezocht]