te hooi en te g(r)as
Dat moment dat je wenst dat je kunt zeggen “dat hebben de kabouters gedaan”. Dat je lekker bezig bent met iets, terwijl de was de wasmand uitpuilt, de stof onder het bed begint rond te dwarrelen, het toilet roept om een schoonmaakbeurt, en de boodschappen die in huis gehaald moeten worden zich alleen maar opstapelen in je hoofd. Als ik denk aan die kabouters denk ik aan Rien Poortvliet die daar ooit prachtige boeken over gemaakt heeft. Het boek Te Hooi en te Gras is ook van zijn hand. Een boek over boeren, vee en boerderijen en zo meer. Zoals we de boeren nu niet meer zien werken, maar waar menigeen misschien toch stiekem wel een beetje heimwee naar heeft. Terug in de tijd van opa’s en opoe’s.
Zoals daar is de hooikist. Een houten kist gevuld met hooi en die gebruikt werd om voedsel, die eerst op temperatuur gebracht was, te laten garen zonder dat daar verder gas of electriciteit aan te pas kwam. In meer moderne tijden werd hier ook het bed voor gebruikt en werd een pan met eten in dekens gewikkeld. Om het uren later warm en kant en klaar te kunnen nuttigen. Ontdekken dat een gebruik van vroeger zó goed is, dat deze het waard is om in ere te herstellen.
Ik ga aan de slag. Mijn eigen hooikist maken. Ik heb weinig tijd en zoek snel een kartonnen doos, een fleece deken en oude kranten. Op de ochtend van de Tweede Kerstdag laat ik stoofpeertjes een half uur koken en stop vervolgens het pannetje lekker in. ’s Avonds zijn de peertjes prachtig rood en nog lekker warm. Het werkt! De dagen erna houd ik boerenkool en soep warm. Ik laat eigengemaakte citroenolie trekken. En ik maak mijn eigen groentebouillon van opgespaarde restjes groente. Dat alles in de geïmproviseerde hooikist. Magisch vind ik het.
Groningers weten als geen ander dat de gasvoorraad niet onuitputtelijk is. Ik probeer te hooi en te gras alternatieven uit die voor mij werken op het gebied van ‘lief zijn voor de natuur’. En zo doet een oude kartonnen doos – van ooit een kerstpakket – dienst als de beste bezuiniging op gas ooit. Dat geeft, niet alleen met de kerstdagen maar het hele jaar door, een zeer feestelijk gevoel. Tegelijk een bezuiniging in tijd trouwens, want ik heb er geen omkijken meer naar. Dit moment. Mijn wens. Zeg maar een oude kabouter die het werk doet, maar dan in het jasje van 2020.
Op ‘hooikistavontuur’ kom ik in december een filmpje tegen over De Hooimadam. Het lijkt me leuk om zoiets zelf te gaan maken met mijn eigen stofjes en schapenwol van de Groninger stadskudde. Mijn buur(t)man brengt mij de afgelopen week zomaar spontaan een kersvers exemplaar omdat bij hem alleen de katten erin liggen en “wie weet kan jij er wat mee”. Op een verjaardag, gister nog, vertelt iemand over De Hooimadam. Drie maal recht is scheepsrecht. De kerstdozen kunnen weer op zolder. De Hooimadam, daar kan ik zeker wat mee…